Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

Hoorn, gemeente

betekenis & definitie

Ned. gemeente in de prov. Noord-Holland,

9,45 km2, 23100 inw., 38,5 % r.k., 13 % n.h., 4 % geref., 12 % overige en 32,5 % g. kerkg. Hoorn is een handelscentrum voor het oosten en midden van West-Friesland. De gunstige ligging aan landen waterwegen is een stimulans voor de industrie (metaal, voedingsen genotmiddelen, grafische bedrijven). Bezienswaardig zijn de grachten en poorten, het raadhuis (1613), het Tribunaal (1632, bevat het Westfries Museum), het Sint-Jansgasthuis (na 1563, markthal), het protestants weeshuis (17e en 18e eeuw), de Doelen (17e eeuw), de Noorderen Oosterkerk (15e eeuw) en tijdens het toeristenseizoen: Oudhollandse markt, folkloristische evenementen, de stoomtramlijn Hoorn-Medemblik. De Grashaven wordt ingericht als jachthaven.

GESCHIEDENIS. Hoorn ontstond aan de monding van het water de Gouw en kreeg in 1357 stadsrecht van graaf Willem v van Holland. De stad werd een belangrijke markt voor de omgeving, kreeg handel op de Oostzeelanden en Engeland, alsmede lakennijverheid. In 1426 werd de stad ommuurd. Hoorn, dat de zijde van Filips van Bourgondië koos, had veel te lijden van de gevolgen van de Jonker Fransenoorlog, de beweging van het Kaas- en Broodvolk en van de strijd met Gelre.