Gepubliceerd op 15-03-2019

Sórbus L

betekenis & definitie

Lijsterbes Van bovengenoemd geslacht zijn ruim 80 soorten en talrijke vormen bekend, waarvan slechts enkele soorten in Europa inheems zijn; de meeste, nu bijna overal voorkomende soorten, zijn ingevoerd uit Amerika, China en Japan. ( Alle soorten kunnen van zaad worden gekweekt; ook oculeren geeft goede resultaten en de laatste jaren wordt ook het handveredelen toegepast. Voor onderstammen gebruikt men S.aucupária en S.ária of Crataégus monogýna.

Kleine bomen of hoge struiken; twijgen met talrijke lenticellen en grote eindknoppen; bladeren verspreid, enkelvoudig of samengesteld; bloemen in eindstandige tuilen, meestal wit of crème-wit (bij enkele soorten en vormen soms rosé of roodachtig);

5 kelk- en 5 kroonbladen; 15-20 meeldraden;
2-5 stijlen, vrij of vergroeid; vrucht bijna rond, met dun vliezig of perkamentachtig klokhuis.
A. Bladeren geveerd, met steunblaadjes.
1. Blaadjes gewoonlijk niet meer dan 17; vruchtbladen meestal 2-4, zelden 5; vruchten klein, tot 10 mm in diameter, rood, geel of wit . . . . Groep Sórbus 2. Blaadjes meestal meer dan 17, grote steunblaadjes; stijlen meestal 5, gedeelte! ijk vergroeid; vruchten meer dan 15 mm in diameter, appel- of peervormig, geelgroen . . . . Groep Córmus B. Bladeren enkelvoudig, alleen gelobd of gezaagd.
3. Stijlen meestal 2-4, aan de basis vergroeid; vruchten meer dan 10 mm in diameter, met blijvende kelkslippen . . . .Groep Aria 4. Stijlen 2-5; vruchten tot 10 mm in diameter, met afvallende kelkslippen . . . . Groep Microméles

< >