Bomen of boomachtige struiken met meestal kort aangezette stam, een brede kroon met betrekkelijk dikke, ruim vertakte twijgen, naakte knoppen, lange, onevengevinde bladeren. Zij worden hoofdzakelijk gekweekt voor beplanting van grote tuinen en parken en wel als alleenstaande bomen, soms in groepen of ook wel als laanbomen of voor beplanting van pleinen. Vleugelnoten zijn zeer lastig met succes te verplanten, zodat men daarmede in de kwekerij terdege rekening moet houden, door ze meermalen te verplanten of om te graven. Zij verlangen een lichte, warme standplaats en een frisse, diep losgemaakte, vruchtbare zand- of leemhoudende grond. Alle soorten maken spoedig veel worteluitlopers en deze kunnen, mits voldoende licht en ruimte aanwezig is, tot zelfstandige exemplaren opgroeien. Pterocárya’s kunnen dan ook gekweekt worden van worteluitlopers, verder door zaaien of afleggen.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk