N.-Amerika, N.-Azië, N.-Europa; 30 cm.
Synoniem: Andrómeda hypnoídes L..
Kruipend struikje met talrijke zeer korte zijtwijgen;
bladeren 2-3 mm lang, naaldvormig, zeer fijn behaard, niet zo regelmatig langs de twijg geplaatst.
Bloeit in Juni-Juli met eindstandige sterk nikkende bloemen; kelk en kelkslippen iets bruin-rood getint; bloemkroon 5-6 mm lang, klokvormig; de kroonlobben tot op de helft gedeeld; meeldraden en stij 1 korter dan de bloemkroon; de stij 1 flesvormig.