Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

Gepubliceerd op 25-01-2021

velodroom

betekenis & definitie

(overdekte) wielerbaan

uitspraak
[vee-lo-droom]

citaat
“Robert Marchand is klein van stuk (1,50 meter) en rijp in jaren (105 lentes), maar fietsen doet hij als geen ander. De kloeke Fransman trapte woensdagnamiddag op de nationale velodroom van Saint-Quentin-en-Yvelines in één uur een historische 22,547 kilometer bij elkaar.”
Bron: woordfeit
Velodroom is een vernederlandsing van het Franse woord vélodrome. Dat bevat het Franse woord voor fiets, vélo, en het woorddeel drome, dat de baan aanduidt waarop wordt gefietst. Uiteindelijk zijn -drome en -droom te herleiden tot het klassiek Griekse dromos voor ‘renbaan’ en het werkwoord dramein, dat ‘rennen’ betekent. Ook in hippodroom ‘paardenrenbaan’, autodroom ‘autoracebaan’ en het verouderde aerodroom voor ‘vliegveld’ komt het achtervoegsel -droom voor.