Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

Gepubliceerd op 25-01-2021

pterodactylus

betekenis & definitie

UIT:
Vijf krijsende Gigantoraptors (Renske de Greef, Nrcnext.nl, 26 juli 2011)

CONTEXT:
Dat hele pretpark leek me fantastisch. Ik wilde bij de broedmachines een kleine PTERODACTYLUS uit een ei zien breken en een ritje maken op een gezadelde diplodocus.

:
prehistorisch dier

UITSPRAAK:
[ptee-ro-dak-tie-lus]

WOORDFEIT:
De pterodactylus behoort tot de pterosauriërs, vliegende reptielen van vele miljoenen jaren geleden. De pterodactylus is een vrij klein vliegend reptiel; hij dankt zijn naam aan de Griekse woorden pteron 'vleugel' en dactulos 'vinger'.
Ook de diplodocus, van diploös 'dubbel' en dokos 'balk', is een inmiddels uitgestorven dier: een grote plantenetende dinosauriër.

< >