Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

Gepubliceerd op 25-01-2021

prudentie

betekenis & definitie

UIT:
'Brussel roept Hongarije terecht tot de orde' (Thomas van der Dunk, de Volkskrant, 15 januari 2012)

CONTEXT:
Gevaarlijker is het tweede argument: het overweldigende mandaat. Natuurlijk kan Orbán er 'niets aan doen' dat hij over een tweederde meerderheid beschikt. Maar dan past juist PRUDENTIE, niet arrogantie.

:
inzicht, bedachtzaamheid, verstandig beleid

UITSPRAAK:
[pru-den-(t)sie]

WOORDFEIT:
Het Latijnse woord prudens betekent 'vooruitziend, met voorbedachten rade, ervaren, verstandig'. Het is een verkorting van providens 'vooruitziend', een samenstelling van pro 'voor, vooruit' en het tegenwoordig deelwoord van videre 'zien'.
Van prudens is prudentia 'kennis, ervaring, verstand, inzicht' afgeleid. In de zestiende eeuw kwam dit in het Nederlands terecht als prudentie. Het bijvoeglijk naamwoord prudent 'vol inzicht, verstandig' is in de zeventiende eeuw ontleend aan het Frans.

< >