Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

Gepubliceerd op 25-01-2021

oligopolie

betekenis & definitie

UIT:
Ratingbureaus verhitten nog maar eens de gemoederen (De Standaard.biz, 6 augustus 2011)

CONTEXT:
De Europese Commissie heeft Moody's, S&P en Fitch ook al openlijk bekritiseerd; zij zouden een OLIGOPOLIE vormen.

:
marktmonopolie van een kleine groep ondernemingen

UITSPRAAK:
[o-lie-go-po-lie]

WOORDFEIT:
Het Griekse woord oligos betekent 'klein'. Polie gaat eveneens op het Grieks terug; het is afkomstig van het Griekse polein 'verkopen'. Bij een monopolie is er sprake van één enkele (mono- 'alleen, enkel') verkoper, bij een oligopolie is er sprake van enkele, weinige spelers op de markt, en bij een polypolie zijn er veel (poly-) aanbieders op de markt te vinden.