Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

Gepubliceerd op 25-01-2021

discours

betekenis & definitie

gesprek, discussie, vertoog

uitspraak
[dis-koer] of [dis-koers]

citaat
“Het actieplan van de regering tegen radicalisering dateert van begin 2015. Het voornemen wordt nu in de praktijk gebracht: ‘Het is de bedoeling dat we kleinschalige initiatieven ondersteunen waarbij boodschappen worden verspreid die het extremistische discours ondermijnen’, zegt Homans.”
Bron: ‘woordfeit
Het woord discours komt uit het Frans. Het gaat terug op het Latijnse discursus ‘het uitvoerig spreken over iets’. Het werkwoord discurrere, waarvan dat is afgeleid, bestaat uit de elementen dis- ‘uiteen’ en currere ‘lopen, rennen’.
Vaak verwijst discours niet letterlijk naar een gesprek, maar naar het geheel van gespreksonderwerpen en de manier waarop daarover binnen een bepaalde groep gesproken wordt - in het citaat hierboven bijvoorbeeld in extremistische kringen.