Gepubliceerd op 17-01-2021

Microchirurgie

betekenis & definitie

v.,

1. (fysiologie) een gespecialiseerde techniek voor ingrepen aan uiterst kleine objecten (cellen e.d.) onder de gewone microscoop (→ micromanipulator);
2. (heelkunde) gespecialiseerde operatietechniek aan kleine organen of weefsels ©.

© De microchirurgie werkt met speciaal ontworpen binoculaire prepareermicroscopen. Deze hebben een vergrote vrije werkafstand, dat wil zeggen dat de afstand van het object tot aan de frontlens van het objectief groter is dan bij gewone prepareermicroscopen, hetgeen alleen met kostbare lenzenstelsels mogelijk is. Met zo’n microscoop kan men dus ook op dieper gelegen objecten scherpstellen en is er ook ruimer plaats voor het manipuleren met instrumenten. Verder is deze microscoop voorzien van extra tubussen en oculairen, zodat meer chirurgen tegelijk kunnen kijken naar het operatieveld. De reeks vergrotingen is b.v. 6 x, 10 x, 16 x, 25 x ; bij 40 x gaan de trillingen van de vrije hand te zeer storen zodat trefzeker opereren onmogelijk is. Voor deze techniek moeten de chirurgen zich speciale vaardigheden eigen maken.

Zo worden b.v. vooral vingerbewegingen gebruikt, in plaats van polsbewegingen. Toepassingen: chirurgie van bloedvaten, m.n. de kransslagaders, en bij ingrepen aan allerlei fijne weefsels (ogen, zenuwen, galwegen, urineleiders, geslachtsorganen),

< >