Bank, v. (-en), zitplaats (voor personen); inrigting voor den koophandel; inrigting voor kansspelen; - van leening, lombard; de - houden, het spel ondernemen, den inleg ontvangen en de uitbetalingen doen; de - doen springen, den bankhouder meer afwinnen dan hij heeft; iem. van de - drinken, hem dronken maken; achter de - raken, vergeten worden; door de -, (↑ door den band), het een door het ander gerekend, gemiddeld.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk