Encyclopedie van de evolutiebiologie

Prof. Nico M. van Straalen (2019)

Gepubliceerd op 19-02-2020

Brachiale index

betekenis & definitie

Lengte van het spaakbeen relatief ten opzichte van het opperarmbeen

De index, meestal als percentage uitgedrukt, bedraagt bij de mens ongeveer 75%: de radius (spaakbeen) is gemiddeld 25% korter dan de humerus (opperarmbeen). Er is een lichte seksuele dimorfie: de index is bij de vrouw iets kleiner dan bij de man. De precieze waarden variëren nogal per publicatie. Het maakt kennelijk erg uit hoe je de meting precies doet (grootste lengte van de beenderen, lengte tussen gedefinieerde herkenningspunten op het been, of lengte gemeten via Röntgenfoto’s).

Voor de evolutie is interessant dat de index lager is bij volkeren die leven in een koud klimaat en hoger bij mensen uit de tropen. Metingen van de brachiale index zijn in overeenstemming met de regel van Allen, een ecogeografische regel die stelt dat in een koud klimaat het lichaamsoppervlak ten opzichte van het lichaamsvolume kleiner is dan in een warm klimaat. Beperking van het lichaamsoppervlak kan bereikt worden door kortere extremiteiten en een gedrongen lichaamsbouw. Dit zou evolutionaire voordelen hebben in de warmtehuishouding; het verlies van warmte gaat via het oppervlak terwijl het opwekken van warmte door middel van metabolisme recht evenredig is met het volume; daarom zijn kortere onderarmen, uitgedrukt als een lage brachiale index, gunstig in een koud klimaat.

De brachiale index van neanderthalerfossielen vertoont waarden die nog lager zijn dan die van de huidige volkeren van arctische streken (bijvoorbeeld de Koniag). Daarmee is aannemelijk te maken dat neanderthalers echte koude-aangepaste mensen waren.

De brachiale index is bij mensapen aanzienlijk groter (90% bij chimpansee, 100% bij orang-oetan) dan bij de mens.