Oppergod der Romeinen, zoon van Saturnus en Rhea, broer van Neptunus en Pluto. Iuno was zijn zuster en gemalin tevens.
Hij was de god van de heldere hemel (dies = stralende, pater = vader) en geheel identiek met de Griekse Zeus. De Romeinen vereerden hem vooral als Optimus Maximus (= zeer goede, zeer machtige) die het heelal en de elementen bestierde, vandaar zijn titels zoals Tonitrualis (= god van de donder), Fulminator (god van de bliksem) etc. Hij beschermde de wetten en de staat en openbaarde zijn wil door wondertekenen en orakels. Hij voerde de legers van Rome ter overwinning (Victor = overwinnaar) en deed hun vlucht tot staan komen (Stator = die tot staan brengt.) Op het Capitool had hij zijn voornaamste heiligdom waar hij tezamen met Iuno en Minerva werd vereerd en waar de overheid hem de officiële offers bracht. Hier werd hem ook dank gebracht door de overwinnende veldheer bij diens terugkeer uit de oorlog. Hij was ook de beschermer van de oude Latijnse stedenbond (Latiaris = god van de Latijnen). Bij de uitbreiding van het Imperium Romanum werden allerlei uitheemse goden met hem gelijkgesteld bijv. Ammon in Egypte. Tot de vele feesten die hem ter ere gevierd werden behoorden de Ludi Romani en Feriae Latinae; de adelaar was zijn bode en symbool, de bliksem zijn attribuut.Zie Zeus, Saturnus, Rhea, Neptunus, Pluto, Iuno, Capitool, Minerva, Ammon
