zuster - zelfstandig naamwoord
uitspraak: zus-ter
1. vrouw of meisje met dezelfde ouders als jij
♢ Anna is mijn zuster
1. je zuster!
[dat zou je wel willen, dat gaat niet door]
2. vrouwelijke verpleegkundige
♢ de zuster gaf hem een injectie
3. vrouw die lid is van een kloosterorde
♢ dat is een school waar zusters lesgeven
Zelfstandig naamwoord: zus-ter
de zuster
de zusters
het zustertje
Synoniemen
non, religieuze, zus
Tegenstellingen
broer
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk