Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

zoenen

betekenis & definitie

zoenen - regelmatig werkwoord
uitspraak: zoe-nen

1. met de lippen in het gezicht aanraken
zij zoent mij altijd op beide wangen
1. dat is om te zoenen
[prachtig, schattig]

Regelmatig werkwoord: zoe-nen
ik zoen
jij/u zoent
hij/zij zoent
wij/zij/jullie zoenen
ik/jij/u/hij/zij zoende
wij/zij/jullie zoenden
hij heeft gezoend
de/het/een gezoende ....
zoenend, zoenende

Synoniemen
kussen

< >