werkboek - zelfstandig naamwoord
uitspraak: werk-boek
1. boek waarin gegevens over het werk worden bijgehouden
♢ de chauffeur houdt in zijn werkboekje de rij- en rusttijden bij
2. boek waarin oefeningen gemaakt moeten worden
♢ bij elk hoofdboek hoort ook een werkboek op deze school
Zelfstandig naamwoord: werk-boek
het werkboek
de werkboeken
het werkboekje
Gepubliceerd op 14-11-2017
werkboek
betekenis & definitie