wegkomen - onregelmatig werkwoord
uitspraak: weg-ko-men
1. er niet door getroffen worden, niet gepakt worden
♢ de gevangene kon wegkomen en is nu weer op vrije voeten
2. zich in veiligheid kunnen brengen
♢ hij kon niet snel genoeg wegkomen en werd aangereden
1. maak dat je wegkomt!
[verdwijn! vertrek!]
Algemene uitdrukkingen:
1. niet van iemand weg kunnen komen
[hem niet kunnen kwijtraken]
2. ergens goed mee wegkomen
[er met voordeel vanaf komen]
3. ergens mee wegkomen
[iets verkeerds doen zonder de gevolgen ervan te ondervinden]
Onregelmatig werkwoord: weg-ko-men
ik kom weg (... ik wegkom)
jij/u komt weg (... jij wegkomt)
hij/zij komt weg (... hij wegkomt)
wij/zij/jullie komen weg (... wij wegkomen)
ik/jij/u/hij/zij kwam weg (... ik wegkwam)
wij/zij/jullie kwamen weg (... wij wegkwamen)
hij is weggekomen
Synoniemen
ontkomen, ontsnappen, ontspringen, ontvluchten, uitbreken
Tegenstellingen
detineren, gevangennemen, opsluiten, vastzetten
Gepubliceerd op 14-11-2017
wegkomen
betekenis & definitie