volzuigen - onregelmatig werkwoord
uitspraak: vol-zui-gen
1. door zuigen vol maken, in zich zuigen
♢ een bloedzuiger zet zich vast in de huid en zuigt zich vol met bloed
Onregelmatig werkwoord: vol-zui-gen
ik zuig vol (... ik volzuig)
jij/u zuigt vol (... jij volzuigt)
hij/zij zuigt vol (... hij volzuigt)
wij/zij/jullie zuigen vol (... wij volzuigen)
ik/jij/u/hij/zij zoog vol (... ik volzoog)
wij/zij/jullie zogen vol (... wij volzogen)
hij heeft volgezogen
de/het/een volgezogen ....
volzuigend, volzuigende
Gepubliceerd op 14-11-2017
volzuigen
betekenis & definitie