verzinnen - onregelmatig werkwoord
uitspraak: ver-zin-nen
1. iets in je hoofd halen
♢ hij verzint altijd prachtige plannen
1. een verzonnen verhaal
[niet echt gebeurd]
Onregelmatig werkwoord: ver-zin-nen
ik verzin
jij/u verzint
hij/zij verzint
wij/zij/jullie verzinnen
ik/jij/u/hij/zij verzon
wij/zij/jullie verzonnen
hij heeft verzonnen
de/het/een verzonnen ....
verzinnend, verzinnende
Synoniemen
bedenken, beramen, smeden, uitdenken
Gepubliceerd op 14-11-2017
verzinnen
betekenis & definitie