Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

uitzoomen

betekenis & definitie

uitzoomen - regelmatig werkwoord
uitspraak: uit-zoe-men

1. een persoon, tekst etc. kleiner in beeld brengen, verder van je af
♢ met dit knopje kun je nog wat verder uitzoomen

Regelmatig werkwoord: uit-zoe-men
ik zoom uit (... ik uitzoom)
jij/u zoomt uit (... jij uitzoomt)
hij/zij zoomt uit (... hij uitzoomt)
wij/zij/jullie zomen uit (... wij uitzomen)
ik/jij/u/hij/zij zoomde uit (... ik uitzoomde)
wij/zij/jullie zoomden uit (... wij uitzoomden)
hij heeft of is uitgezoomd
de/het/een uitgezoomde ....
uitzoomend, uitzoomende

Tegenstellingen
inzoomen

< >