uitvoerig - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: uit-voe-rig
1. met alle bijzonderheden erbij
♢ hij vertelde uitvoerig hoe het gegaan was
2. met een grote lengte
♢ dat was een uitvoerige preek
Bijvoeglijk naamwoord: uit-voe-rig
... is uitvoeriger dan ...
het uitvoerigst
de/het uitvoerige ...
iets uitvoerigs
Synoniemen
uitgebreid
Tegenstellingen
beknopt, bondig, kort, summier
Gepubliceerd op 14-11-2017
uitvoerig
betekenis & definitie