subject - zelfstandig naamwoord
uitspraak: sub-ject
1. deel van de zin dat aangeeft wie de handeling uitvoert
♢ het subject in 'de poes krabt' is 'de poes'.
1. onbepaald subject
[niet duidelijk is om wie of wat het precies gaat (er zat een vogel op het dak)]
2. bepaald subject
[duidelijk is om wie of wat het precies gaat (de kanarie is weggevlogen)]
Zelfstandig naamwoord: sub-ject
het subject
de subjecten
Tegenstellingen
object
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk