room - zelfstandig naamwoord
1. vet van de melk
♢ als je melk een tijdje laat staan komt er een laagje room op
1. de room van de melk nemen
[ergens het beste van pakken]
2. daar is de room af
[daar zijn geen grote voordelen meer mee te halen]
2. garnering of vulling van gebak, gemaakt van het vet van de melk
♢ er zit room in dit gebakje
3. mengsel van room, eieren en suiker
♢ tussen deze tompoes zit banketbakkersroom
Zelfstandig naamwoord: room
de room
Gepubliceerd op 14-11-2017
room
betekenis & definitie