Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

rit

betekenis & definitie

rit - zelfstandig naamwoord

1. deel van een route tussen twee rustplaatsen
♢ de eerste rit van de Tour de France vertrekt uit Eindhoven
2. tocht met een vervoermiddel of een rijdier
♢ we maakten een prachtige rit in die sportwagen door de duinen
1. de rit uitzitten
[een regeringsperiode volmaken]

Zelfstandig naamwoord: rit
de rit
de ritten
het ritje

Synoniemen
etappe, toer, tour

< >