overreden

betekenis & definitie

overreden - regelmatig werkwoord
uitspraak: o-ver-re-den

1. hem proberen iets te laten doen of niet te doen
♢ hij probeerde mij te overreden om te stoppen met werken

Regelmatig werkwoord: o-ver-re-den
ik overreed
jij/u overreedt
hij/zij overreedt
wij/zij/jullie overreden
ik/jij/u/hij/zij overreedde
wij/zij/jullie overreedden
hij heeft overreed
de/het/een overrede ....

Synoniemen
bepraten, bewerken, lijmen, opwekken, overhalen