Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

orgel

betekenis & definitie

orgel - zelfstandig naamwoord
uitspraak: or-gel

1. groot muziekinstrument met pijpen, klavieren, pedalen
♢ het orgel in de kerk speelde prachtig
1. het is geen orgel, het hoeft niet te spelen (TB)
[als je onredelijke eisen aan iets stelt]

Zelfstandig naamwoord: or-gel
het orgel
de orgels
het orgeltje

< >