onvast - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: on-vast
1. zacht en slap
♢ door de regen is de grond onvast geworden
2. wat niet stevig staat
♢ opa staat nogal onvast op zijn benen
3. niet sterk, hakkelend
♢ met onvaste stem las hij zijn verhaal voor
Bijvoeglijk naamwoord: on-vast
de/het onvaste ...
Synoniemen
wankel, week
Gepubliceerd op 14-11-2017
onvast
betekenis & definitie