ontbranden - regelmatig werkwoord
uitspraak: on-bran-den
1. gaan branden, in brand vliegen
♢ plotseling ontbrandde het hout van het kampvuur
2. door hartstochten opgewonden raken
♢ James ontbrandde in liefde voor dat prachtige meisje
Regelmatig werkwoord: on-bran-den
ik ontbrand
jij/u ontbrandt
hij/zij ontbrandt
wij/zij/jullie ontbranden
ik/jij/u/hij/zij ontbrandde
wij/zij/jullie ontbrandden
hij is ontbrand
de/het/een ontbrande ....
Synoniemen
ontvlammen
Tegenstellingen
blussen, doven, uitblussen, uitdoven, uitmaken
Gepubliceerd op 14-11-2017
ontbranden
betekenis & definitie