modificeren

betekenis & definitie

modificeren - regelmatig werkwoord
uitspraak: mo-di-fi-ce-ren

1. ervoor zorgen dat het niet hetzelfde blijft
♢wij hebben het apparaat voor u gemodificeerd
1. gemodificeerd zetmeel
[bewerkt om bepaalde eigenschappen te krijgen]
2. genetisch gemodificeerd
[met veranderde erfelijke eigenschappen]

Regelmatig werkwoord: mo-di-fi-ce-ren
ik modificeer
jij/u modificeert
hij/zij modificeert
wij/zij/jullie modificeren
ik/jij/u/hij/zij modificeerde
wij/zij/jullie modificeerden
hij heeft gemodificeerd
de/het/een gemodificeerde ....

Synoniemen
veranderen, vermaken, wijzigen, variëren

Tegenstellingen
handhaven