meebetalen - regelmatig werkwoord
uitspraak: mee-be-ta-len
1. samen met anderen iets betalen
♢ik wil wel meebetalen aan het cadeau voor mijnheer De Wit
Regelmatig werkwoord: mee-be-ta-len
ik betaal mee (... ik meebetaal)
jij/u betaalt mee (... jij meebetaalt)
hij/zij betaalt mee (... hij meebetaalt)
wij/zij/jullie betalen mee (... wij meebetalen)
ik/jij/u/hij/zij betaalde mee (... ik meebetaalde)
wij/zij/jullie betaalden mee (... wij meebetaalden)
hij heeft meebetaald
Gepubliceerd op 31-10-2017
meebetalen
betekenis & definitie