kranig - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: kra-nig
1. wie zich goed houdt als hij iets vervelends meemaakt
♢ Douglas hield zich kranig toen hij een prik kreeg
Bijvoeglijk naamwoord: kra-nig
... is kraniger dan ...
het kranigst
de/het kranige ...
iets kranigs
Gepubliceerd op 14-11-2017
kranig
betekenis & definitie