kamerdeur - zelfstandig naamwoord
uitspraak: ka-mer-deur
1. deur die een kamer afsluit
♢ Jessica gooide de kamerdeur met een klap dicht
Zelfstandig naamwoord: ka-mer-deur
de kamerdeur
de kamerdeuren
het kamerdeurtje
Gepubliceerd op 14-11-2017
kamerdeur
betekenis & definitie