inleiden

betekenis & definitie

inleiden - regelmatig werkwoord
uitspraak: in-lei-den

1. iets zeggen over iemand die gaat optreden
♢ het optreden werd ingeleid door de voorzitter

Regelmatig werkwoord: in-lei-den
ik leid in (... ik inleid)
jij/u leidt in (... jij inleidt)
hij/zij leidt in (... hij inleidt)
wij/zij/jullie leiden in (... wij inleiden)
ik/jij/u/hij/zij leidde in (... ik inleidde)
wij/zij/jullie leidden in (... wij inleidden)
hij heeft ingeleid
de/het/een ingeleide ....
inleidend, inleidende

Synoniemen
introduceren