incasseren - regelmatig werkwoord
uitspraak: in-cas-se-ren
1. in het bezit ervan komen
♢ hij incasseert het lidmaatschapsgeld
2. moeten verduren
♢ hij heeft heel wat beledigingen geïncasseerd
Regelmatig werkwoord: in-cas-se-ren
ik incasseer
jij/u incasseert
hij/zij incasseert
wij/zij/jullie incasseren
ik/jij/u/hij/zij incasseerde
wij/zij/jullie incasseerden
hij heeft geïncasseerd
de/het/een geïncasseerde ....
incasserend, incasserende
Synoniemen
binnenkrijgen, krijgen, ontvangen, verkrijgen
Tegenstellingen
wegbrengen
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk