imago - zelfstandig naamwoord
uitspraak: i-ma-go
1. het beeld dat het publiek van iemand heeft
♢ hij heeft het imago een sober mens te zijn
Zelfstandig naamwoord: i-ma-go
het imago
de imago's
Synoniemen
image
Gepubliceerd op 14-11-2017
imago
betekenis & definitie