Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

falen

betekenis & definitie

falen - regelmatig werkwoord
uitspraak: fa-len

1. niet het verwachte resultaat opleveren
♢ bij deze opdracht heeft hij gefaald

Regelmatig werkwoord: fa-len
ik faal
jij/u faalt
hij/zij faalt
wij/zij/jullie falen
ik/jij/u/hij/zij faalde
wij/zij/jullie faalden
hij heeft gefaald
de/het/een gefaalde ....
falend, falende

Synoniemen
floppen, mislukken, tekortschieten

Tegenstellingen
gelukken, lukken, slagen