emigreren - regelmatig werkwoord
uitspraak: e-mi-gre-ren
1. verhuizen naar een ander land
♢ veel Nederlanders emigreerden naar Canada
Regelmatig werkwoord: e-mi-gre-ren
ik emigreer
jij/u emigreert
hij/zij emigreert
wij/zij/jullie emigreren
ik/jij/u/hij/zij emigreerde
wij/zij/jullie emigreerden
hij is geëmigreerd
de/het/een geëmigreerde ....
Tegenstellingen
immigreren
Gepubliceerd op 14-11-2017
emigreren
betekenis & definitie