communiceren - regelmatig werkwoord
uitspraak: com-mu-ni-ce-ren
1. boodschappen overbrengen of uitwisselen
♢ over dat onderwerp hebben wij niet gecommuniceerd
1. communicerende vaten
[die met elkaar in verbinding staan]
Regelmatig werkwoord: com-mu-ni-ce-ren
ik communiceer
jij/u communiceert
hij/zij communiceert
wij/zij/jullie communiceren
ik/jij/u/hij/zij communiceerde
wij/zij/jullie communiceerden
hij heeft gecommuniceerd
de/het/een gecommuniceerde ....
communicerend, communicerende
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk