Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

bukken

betekenis & definitie

bukken - regelmatig werkwoord
uitspraak: buk-ken

1. jezelf voorover buigen
hij bukte om het geldstuk op te rapen
1. ergens gebukt onder gaan
[er veel last van hebben]

Regelmatig werkwoord: buk-ken
ik buk
jij/u bukt
hij/zij bukt
wij/zij/jullie bukken
ik/jij/u/hij/zij bukte
wij/zij/jullie bukten
hij heeft gebukt
de/het/een gebukte ....
bukkend, bukkende

< >