Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

borstelen

betekenis & definitie

borstelen - regelmatig werkwoord
uitspraak: bor-ste-len

1. met een borstel schoon of glad maken
je moet je haar elke dag borstelen

Regelmatig werkwoord: bor-ste-len
ik borstel
jij/u borstelt
hij/zij borstelt
wij/zij/jullie borstelen
ik/jij/u/hij/zij borstelde
wij/zij/jullie borstelden
hij heeft geborsteld
de/het/een geborstelde ....
borstelend, borstelende

< >