boomstam - zelfstandig naamwoord
uitspraak: boom-stam
1. rechtop gaande ronde, houten balk die van de grond naar de takken loopt
♢ zij hebben een hartje in de boomstam gekerfd
2. taartje in de vorm van een boomstam
♢ wil je een stukje boomstam bij de koffie?
Zelfstandig naamwoord: boom-stam
de boomstam
de boomstammen
het boomstammetje
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk