blokken - regelmatig werkwoord
uitspraak: blok-ken
1. hard studeren
♢ hij moest wel blokken voor dat examen!
2. iemand uitsluiten van online contact
♢ ik heb die vervelende knul geblokt op facebook
1. eens geblokt, altijd geblokt (MS)
[hij is voor altijd uitgesloten]
Regelmatig werkwoord: blok-ken
ik blok
jij/u blokt
hij/zij blokt
wij/zij/jullie blokken
ik/jij/u/hij/zij blokte
wij/zij/jullie blokten
hij heeft geblokt
de/het/een geblokte ....
blokkend, blokkende
Gepubliceerd op 14-11-2017
blokken
betekenis & definitie