blijken - onregelmatig werkwoord
uitspraak: blij-ken
1. wat je kunt merken, wat duidelijk is
♢ de jongen bleek goed in wiskunde te zijn
Onregelmatig werkwoord: blij-ken
ik blijk
jij/u blijkt
hij/zij blijkt
wij/zij/jullie blijken
ik/jij/u/hij/zij bleek
wij/zij/jullie bleken
hij is gebleken
de/het/een gebleken ....
Tegenstellingen
lijken, schijnen, toeschijnen
Gepubliceerd op 14-11-2017
blijken
betekenis & definitie