bingoën - regelmatig werkwoord
uitspraak: bin-go-en
1. met elkaar het bingospel spelen
♢ in het verpleeghuis wordt een keer per maand gebingood
Regelmatig werkwoord: bin-go-en
ik bingo
jij/u bingoot
hij/zij bingoot
wij/zij/jullie bingoën
ik/jij/u/hij/zij bingode
wij/zij/jullie bingoden
hij heeft gebingood
bingoënd, bingoënde
Gepubliceerd op 14-11-2017
bingoën
betekenis & definitie