Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

besmettelijk

betekenis & definitie

besmettelijk - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: be-smet-te-lijk

1. wat gemakkelijk van de een op de ander overgaat
♢ de varkenspest is erg besmettelijk
1. een besmettelijke ziekte
[infectieziekte]
2. ik ben niet besmettelijk
[grappig commentaar als iemand niet dichtbij durft te komen]
2. wat gauw vuil is
♢ deze lichte broek is erg besmettelijk, je ziet er meteen vlekken op
3. zodat je vanzelf mee gaat doen
♢ dat lachje van haar is besmettelijk!

Bijvoeglijk naamwoord: be-smet-te-lijk
... is besmettelijker dan ...
het besmettelijkst
de/het besmettelijke ...
iets besmettelijks

Synoniemen
aanstekelijk

< >