bedekken - regelmatig werkwoord
uitspraak: be-dek-ken
1. er iets overheen leggen
♢ hij bedekte het slapende kind met een deken
Regelmatig werkwoord: be-dek-ken
ik bedek
jij/u bedekt
hij/zij bedekt
wij/zij/jullie bedekken
ik/jij/u/hij/zij bedekte
wij/zij/jullie bedekten
hij heeft bedekt
de/het/een bedekte ....
Synoniemen
afdekken, overdekken
Tegenstellingen
onthullen
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk