Monumenten in Noord Holland

R. Stenvert en C. Kolman (2006)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Woonhuizen in Hoorn

betekenis & definitie

De binnenstad van Hoorn bestaat voornamelijk uit diepe huizen. Vaak zijn deze later van hun geveltop ontdaan of voorzien van een nieuwe gevel.

Achter dergelijke jongere gevels schuilen nog vaak oude kappen, balklagen, houtskeletten of spiltrappen. Woonhuizen van vóór het einde van de 16de eeuw komen in Hoorn vrijwel niet voor.

Een uitzondering is het hoge koopmanshuis Korenmarkt 8 uit 1547 (d). De schoudergevel met pilasters is het resultaat van een restauratie in 1979-'81 (A.

Hangelbroek-Gouwetor). Inwendig is het houtskelet met ojief gesneden sleutelstukken bewaard gebleven.

Met jaartalankers gedateerd zijn de later verbouwde panden Grote Oost 83-85 (1587) en Muntstraat 26 (1596). Het pand bij Kruisstraat 2, een achterbouw van Lange Kerkstraat 11, heeft nog een overkragende gevel op consoles (17de-eeuws).17de-eeuwse huizen

Vooral in de eerste helft van de 17de eeuw verrezen in Hoorn veel woonhuizen met trapgevels. Die bloei was mede het resultaat van een zeeslag in 1573, toen een Spaanse vloot onder bevel van admiraal De Bossu op het Hoornsche Hop door een geuzenvloot werd verslagen. Die slag is uitgebreid weergegeven in de puilijst van de drie rond 1612 gebouwde Bossuhuizen (Grote Oost 132, Slapershaven 1-2). Van deze panden werd van één de trapgevel in 1897 herbouwd en heeft men de linkerpui in 1954 gereconstrueerd (V.J. Polman). Het reliëf is in 1990 opnieuw gepolychromeerd.

Ook het vroeg-17de-eeuwse koopmanshuis Grote Oost 7 heeft een rijk bewerkte maniëristische puilijst met acanthusranken en daartussen vogels en putti. Van de bewaard gebleven trapgevels zijn de meeste (ingrijpend) gerestaureerd. De dubbele trapgevel Oude Doelenkade 17-19 is gedateerd ‘1616’. Bij een restauratie in 1962 is bij het naastgelegen pand (nr. 21) een vergelijkbare gevel gereconstrueerd. De rijkste trapgevels hebben zandstenen blokjes in de trappen, zoals te zien is bij Breed 32 (gerestaureerd 1940), Grote Noord 40 en Ramen 11, of geblokte ontlastingsbogen, zoals bij Grote Oost 49 en Nieuwe Noord 45 (gerestaureerd 1953). Uitsluitend zandstenen dekplaten en een toppilaster hebben de trapgevels van Duinsteeg 15, Gerritsland 53 (circa 1619), Grote Oost 73 en Kuil 32 (gerestaureerd 1967). Van kort na het midden van de 17de eeuw dateren de trapgevels van Kruisstraat 15 (halfronde bekroning) en Kerkplein 31 (segmentvormig fronton).

Van diverse 17de-eeuwse panden is de topgevel later gesloopt, maar heeft men de oude indeling met hoog voorhuis en insteek behouden, zoals bij West 50 uit 1612 (gevelsteen ‘In de Frahchtwagen’), waarvan de pui is gereconstrueerd in 1917. Ook andere huizen met een oude indeling hebben een gereconstrueerde pui, zoals het met smalle insteek ingedeelde huis Binnenluiendijk 3 (1624; gerestaureerd 1951) en de huizen Grote Noord 113 en Ramen 23 (1628). Daarnaast zijn er voorbeelden van 17de-eeuwse huizen zonder geveltop en met een 18de-eeuwse pui, zoals Gedempte Appelhaven 7 (gevelsteen ‘d stad Genua’), Rode Steen 2 (gevelsteen ‘In d'Yserman’; deurbekroning Lodewijk XIV-stijl) en Zon 1 (gevelsteen ‘Van Godt comt het al’; 1613). Andere noemenswaardige panden met een 17de-eeuwse kern zijn Grote Oost 58 met houtskelet en spiltrap (winkelpui 1878), Grote Noord 3, Grote Oost 64-66 en 113-115, Italiaanse Zeedijk 106 (met spiltrap) en Ramen 25 (gevelsteen ‘1611’). Ingrijpend gerestaureerd zijn de met puntgevel uitgevoerde huizen Bierkade 10 (1936) en 13 (1971 vroeger gedateerd ‘1591’), alsmede het ondiepe pand Schoolsteeg 7 (1937-'38). De 17de-eeuwse gevelsteen met zwartbonte koe van Veermanskade 15 memoreert dat dit volgens overlevering het geboortehuis is van schipper Willem IJsbrandsz Bontekoe.

In de tweede helft van de 17de eeuw bouwde men minder nieuwe huizen. Een classicistische verhoogde halsgevel uit 1660 heeft Kerkstraat 1. Deze met festoenen en oeil-de-boeuf-omlijstingen versierde gevel wordt geleed door dorische hoekpilasters en hoger doorlopende ionische middenpilasters die een fronton dragen. Een gevel met festoenen en kolossale pilasters maar zonder oude topgevel heeft ook Grote Noord 9 (circa 1660). De overgang van halsgevel naar klokgevel is goed zichtbaar bij de huizen Veermanskade 5 (circa 1670; topgevel 1968) met dorische pilasters, Grote Oost 38 (1698) met zandstenen vleugelstukken, Nieuwstraat 13 (1693) met siertrossen op de ingezwenkte zijden, en Grote Noord 1 (1698).

18de-eeuwse huizen

De op de Franse architectuur gebaseerde Lodewijk-stijlen werden vooral toegepast door rijke burgers die hun bestaande huizen van een nieuwe voorgevel voorzagen en het interieur vernieuwden. Voor drie bestaande panden liet Nanning van Foreest in 1724 de bijzonder rijke zandstenen gevel van Grote Oost 43 optrekken in Lodewijk XIV-stijl. Het pronkrisaliet is voorzien van een balkon en een opzetstuk met zittende beelden van Amor en Fides, en boven de geblokte hoekpilasters staan beelden van Minerva en Mars. Het ontwerp wordt wel aan Jan Peter van Baurscheidt toegeschreven, die in die tijd voor de zwager van Van Foreest in Oosthuizen een grafmonument maakte. Binnen bevindt zich een vertrek dat tot één van de oudere huizen behoorde; het is voorzien van een sobere decoratie uit 1671 en de alliantiewapens van Jacob van Foreest en Maria Sweers. Verder zijn er een vertrek met kerkzaal van de in 1815 hier gevestigde Remonstrantse gemeente en een gang met stucwerk in Lodewijk XIV-stijl. Het huis is hersteld in 1874 onder leiding van T.C. van der Sterr.

Het Drechterlandhuis (Grote Oost 6) kwam kort na 1728 tot stand in Lodewijk XIV-stijl door samentrekking van twee panden achter een nieuwe bakstenen gevel met een kroonlijst voorzien van vazen en twee kuiven, waarvan één met de alliantiewapens van Cornelis van Foreest en Maria Eva van Akerlaken. Nadat het als waterschapshuis in gebruik was gekomen, heeft men in 1940 tegen de gevel een opzetstuk van het voorm. dijkmagazijn ‘De Tent’ te Oosterdijk aangebracht. Binnen is er ook een schouw (1732) uit dit magazijn aangebracht. De zandstenen gevel Grote Oost 8 werd in 1725 opgetrokken voor een bestaand pand in opdracht van Christiaan de Blocquery en Elisabeth Abbekerk. Deze rijk bewerkte lijstgevel heeft een kuif in Lodewijk XIV-stijl, met het wapen van de familie Abbekerk geflankeerd door liggende figuren van Neptunus en Mercurius. Het interieur bevat stucwerk in gang en vestibule en een voorkamer met gesneden deur en stucplafond in Lodewijk XIV-vormen.

De bakstenen lijstgevel van Nieuwstraat 17 heeft ook een kuif in Lodewijk XIV-stijl (circa 1740) met de liggende figuren van Neptunus en Mercurius. Het diepe huis Grote Noord 67 kreeg in 1737 een nieuwe verhoogde gevel (met ‘leugenaar’), voorzien van een kuif in Lodewijk XIV-stijl.

Het patriciërshuis Grote Oost 53 ontstond midden 18de eeuw door het optrekken van een nieuwe drielaagse lijstgevel met omlijste ingangspartij in Lodewijk XV-stijl vóór twee bestaande panden. Binnen bevinden zich een gang en interieurs in rijke rococo-stijl. Eén van de kamers bevat een geschilderd behang van de in 1777 te Hoorn opgerichte behangselfabriek van Chr. en P. Henning. Sinds 1932 dient het pand als kantongerecht. Het herenhuis Ramen 1 kreeg rond 1760 een nieuwe gevel met asymmetrisch pronkrisaliet in Lodewijk XV-stijl.

Het naastgelegen pand (nr. 3) werd er in 1847 bijgetrokken door kantonrechter L. Stokbroo, die hier een tijd zijn ‘museum’ had gevestigd. Van 1867 tot 1923 waren beide panden in gebruik als zusterhuis van de Tilburgse Zusters van Liefde. Restauratie volgde in 1981-'83. Uit 1753 dateren stoephek en gevel van het herenhuis Gouw 7. Het pronkrisaliet wordt bekroond door het alliantiewapen van T.

Velius en I. Codde van der Burgh. Binnen bevinden zich een gestucte gang, een trappenhuis en vertrekken in Lodewijk XV-stijl. Andere voorbeelden van brede huizen met lijstgevels en een omlijste ingang in Lodewijk XV-stijl zijn Kerkplein 25, Ramen 35, Grote Noord 31 en Onder de Boompjes 20. Het diepe huis Grote Oost 10 werd blijkens het wapen boven de rijke deuromlijsting in Lodewijk XV-stijl gebouwd in 1772 door de familie Pet. Opvallend bij het in late Lodewijk XV-stijl uitgevoerde huis Grote Oost 16 (circa 1782) is de gesneden deurpartij, die door middel van een gekoppeld kalf met de flankerende vensters is verbonden (roeden recent). Andere voorbeelden van diepe huizen met Lodewijk XV-gevel en ingangsomlijsting zijn Grote Noord 7 en 85, Grote Oost 13 en Veermanskade 13.

Kleinere diepe huizen kregen gewoonlijk nog topgevels. De halsgevel met fronton van Kerkplein 40 dateert uit 1723, de dubbele halsgevel in Lodewijk XIV-stijl van Nieuwe Noord 56-58 uit 1730 en die van West 72 in Lodewijk XV-stijl uit 1750.

Andere voorbeelden van (ingezwenkte) halsgevels in Lodewijk XV-stijl zijn Grote Noord 50, 116 en 138 (1769), Nieuwstraat 21, Korenmarkt 3 (1792) en Kleine Noord 20 (1794).

Uit het laatste kwart van de 18de eeuw resteren enkele in rijke Lodewijk XVI-stijl ontworpen gevels. Zo liet Bernardus Blok in 1786-'87 voor zijn 17de-eeuwse huis Grote Oost 22 een gevel optrekken naar plannen van Johan Samuel Creutz. Bij de afwerking waren Leendert Viervant en J. Beretta betrokken. Opvallend zijn de vensteromlijstingen op de begane grond met aan de oorstukken afhangende lotusfestoenen. Binnen bevindt zich nog een 17de-eeuws beschilderd balkenplafond.

Hermanus van Berkel gaf in 1790 opdracht tot de bouw van de gevel van Breed 40 met ingangsomlijsting en een dakkapel bekroond door een vaas met festoenen. Het brede huis Kerkstraat 10 (circa 1790), uitgevoerd met middenrisaliet, festoendecoraties en een dakkapel, heeft binnen stucwerk in Lodewijk XVI-stijl.

Voorbeelden van brede laat-18de-eeuwse gevels met geblokte deuromlijstingen zijn Kerkplein 24 en Nieuwstraat 18. Kleinere diepe panden met hiermee vergelijkbare gevels zijn Nieuwland 11 en Onder de Boompjes 17. Opvallend is de op vlucht gebouwde gevel van het later gesplitste huis Grote Oost 24. Deze wordt bekroond door een groot fronton met Caritas-voorstelling (mogelijk laat-18de-eeuws of uit circa 1825).

19de- en 20ste-eeuwse huizen

In de eerste helft van de 19de eeuw bouwde men weinig volledig nieuwe huizen.

Sommige bestaande panden kregen sobere bakstenen gevels, bijna zonder stijlkenmerken dan wel simpel neoclassicistisch van vorm. Een goed voorbeeld is de begin 19de eeuw gebouwde gevel met ingangsomlijsting van de burgemeesterswoning Rode Steen 15. Het stoephek en het poortje aan de zijkant dateren uit 1871. Rond 1810 gebouwd is het brede pand Grote Oost 41 voorzien van vensteromlijstingen met wigvormige imitatie-sluitstenen bekroond door halve bollen. Het brede huis Ramen 32 met omlijste ingang uit circa 1830 heeft een rond dakvenster tussen klauwstukken, die sterke overeenkomsten vertoont met de dakkapel van het diepe huis Kleine Noord 29. Een geblokte omlijsting en kolossale pilasters op de verdieping heeft het rijzige huis Grote Oost 2 (circa 1830).

Met late empire-details en een halfrond gesloten dakkapel verrees het huis De Zaadmarkt (Grote Noord 115) uit 1846. Andere voorbeelden van diepe huizen met sobere gevels zijn Grote Oost 44 (circa 1820) met empire-deuromlijsting, Grote Oost 27 en 29 (circa 1830), Kleine Noord 7 (circa 1840) en het dubbele huis Achterom 2-4 (circa 1850).

In rijke eclectische stijl uitgevoerd is de in 1865 naar ontwerp van A.C. Bleijs vernieuwde (gepleisterde) voorgevel van het herenhuis Grote Oost 26, met vensteromlijstingen, mezzanino-vensters in de kroonlijst en een attiekbalustrade met ronde dakerker. Binnen bevindt zich stucwerk in Lodewijk XIV-stijl (circa 1740) en in de tuin staat een neogotische privé-kapel (circa 1855). Eveneens rijk eclectisch is het herenhuis Grote Noord 20, gebouwd in 1865-'66 naar ontwerp van Bleijs voor azijnfabrikant J.A. Heule. De verdiepingserker is uit 1908. Eveneens eclectisch van vorm zijn het herenhuis Koepoortsweg 73 (circa 1870) en het dubbele herenhuis Korenmarkt 14-15 (1875) met bijbehorend koetshuis (Gedempte Appelhaven 2; 1878).

Neoclassicistische elementen vertonen het huis Kleine Noord 47 (1840), het stalgebouw met bovenwoning Appelhaven 2 (circa 1860), en de in 1884 naar ontwerp van G.J. Hennink voor de gemeentelijke gasfabriek gebouwde forse directeurswoning Gerritsland 69. Voorbeelden van eenvoudige huizen uit die tijd zijn Veermanskade 7-10 (circa 1860) en de eenlaagse arbeiderswoningen Noorderstraat 26-32 (circa 1870). Van de in Hoorn relatief schaars voorkomende neorenaissance is het in 1881 met trapgevel gebouwde pand Breed 36 (A.C. Bleijs) een voorbeeld. Bij het dubbele huis Achterom 41-43 (1881) verwijst het materiaalgebruik naar de neorenaissance.

F. van Tetterode ontwierp het huis Appelhaven 22 (1885) en geruime tijd later ook het herenhuis Koepoortsweg 97 (1906) met jugendstil-tegels en de herenhuizen Koepoortsweg 2-8 (1905). Met jugendstil- en chaletstijl-elementen en pseudo-vakwerk verrezen in 1903-'04 de door gemeentearchitect J. van Reijendam ontworpen herenhuizen Oude Doelenkade 27-37. Andere huizen met aan de jugendstil verwant materiaalgebruik zijn Baanstraat 36-38 (1900, J. van Reijendam), Hoofd 5-7 (1905), Nieuwendam 28 (1906) en Draafsingel 55-56 (1909) en zelfs de in 1917 naar ontwerp van H.J. Roodenhuis gebouwde villa Even Buiten (Keern 6).

Zakelijk-expressionistische details vertonen Draafsingel 32 (1930, S.W. Langius), Appelhaven 16-18 (1934) en Nieuwe Noord 57 (1934, M.J.E. Lippits). Van de volkswoningbouw is het Rode Dorp aan de Venenlaan het beste voorbeeld. Dit in 1909-'11 naar ontwerp van M.J.E. Lippits voor de ‘Vereeniging voor Volkshuisvesting Arbeidersbelang’ (opgericht 1906) gebouwde complex bestaat uit twee U-vormige hofjes met eenlaagse woonhuizen.