De laatmiddeleeuwse verdedigingswerken van Edam werden tussen 1518 en 1543 verbeterd, vermoedelijk onder leiding van Symon Mieusz. Bij een verdere verbetering in 1572-'81, onder andere door de aanleg van vijf kleine bastions, was mogelijk de vestingbouwkundige Adriaen Anthonisz betrokken.
De stadsmuur werd al rond 1700 afgebroken, de zeven stadspoorten volgden in 1784, 1825 en 1835-'37. De omtrek van de oude vesting met wallen, grachten en singels (Noorder-, Wester-, Zuidervesting, Burg.
Versteeghsingel) is wel grotendeels behouden.