geluidwerend scherm langs een grote verkeersader. Het geluid van het verkeer wordt door het scherm teruggekaatst, waardoor het slechts voor een deel achter het scherm kan terechtkomen.
De geluidsintensiteit op de weg wordt wel hoger. Om dit te voorkomen, plaatst men de schermen wel onder een hoek van ca. 20° achterover. De mate van geluidsvermindering hangt af van de hoogte van de wand, van de positie van de waarnemer en van het materiaal van de wand. Hoe dichter het scherm bij de weg geplaatst is, des te beter is de afscherming. Ook is het van belang dat de bovenkant van het scherm scherp is. De bereikte afscherming is gewoonlijk 10—15 dB(A).Een geluidsscherm heeft ook nadelen. Het scherm vormt nl. ook optisch een afscheiding en belemmert zo het uitzicht. Voor de huizenkant van het scherm valt hier met behulp van beplanting nog wel iets aan te doen. Voor de weggebruiker echter is dit een groot bezwaar. Hij rijdt min of meer opgesloten tussen muren; bovendien kan door de monotonie de aandacht verslappen. Door de schermen afwisselend in hoogte en kleuren te maken valt hieraan wel wat te verbeteren.
Een andere mogelijkheid, die o.a. toegepast werd bij Hollandsche Rading langs de A27, is een ‘groen scherm’: holle, met grond gevulde elementen waarin grassen en klimplanten groeien; hierdoor wordt tevens de geluidsreflectie naar de weg verminderd. → geluidswal.
