benaming voor de in het begin van de 20e eeuw in West-Europa geïntroduceerde Amerikaanse vogelkers (Prunus serotina). Deze uit de oostkust van de vs geïmporteerde kersenboom moest in Nederland de arme zandbodems, waarop het merendeel van het Ned. naaldbos staat, verbeteren.
Het bodemverbeterende effect van deze boomsoort bleek echter maar matig te zijn. Wel verspreidt hij zich erg snel in het bos, waardoor hij een geduchte concurrent voor andere boomsoorten is. Bovendien stoelt hij na kap weer snel uit. Men is de Amerikaanse vogelkers daarom liever kwijt dan rijk en omdat hij zo moeilijk te bestrijden is, noemt men hem wel de bospest.In de vs daarentegen wordt hij gewaardeerd om zijn uitstekende kwaliteit hout.